De bovenbouw
In een bovenbouwgroep zitten volgens het montessoriprincipe kinderen van 9, 10 en 11 jaar bij elkaar, oftewel groep 6/7/8. Op onze school zijn momenteel vier bovenbouw- groepen. In schooljaar 2024 - 2025 staan de volgende leerkrachten voor de groep:
In bovenbouw 1(BB1) staan Iris en Arieke voor de groep.
In bovenbouw 2(BB2) staan Bryndis en Carin voor de groep.
In bovenbouw 3(BB3) staan Ria en Arieke voor de groep.
In bovenbouw 4(BB4) staan Pauline en Ruben voor de groep.
Algemene werkwijze
In een bovenbouw wordt voortgeborduurd op hetgeen de kinderen in de onder- en middenbouw geleerd hebben en er komen nieuwe onderwerpen bij. Het grote verschil tussen een midden- en een bovenbouwleerling is, dat een bovenbouwer hoe langer hoe meer op de buitenwereld gericht is en in steeds hogere mate abstract kan denken.
Een groot deel van de dagelijkse werktijd wordt door de kinderen zelf gepland. Ze kiezen in grote lijnen zelf waaraan gewerkt wordt en hoe lang ze daarmee verder gaan. Daarbij worden ze individueel begeleid door de leerkrachten. Toch zijn er ook groepslessen, bijvoorbeeld voor lees-, taal- en rekeninstructie; algemene lessen worden juist vooral ingezet in het kader van kosmisch onderwijs.
Onze leerlingen werken op verschillende manieren en op verschillende niveaus met de leerstof. Daarbij worden montessorimaterialen gebruikt. Verder wordt gebruik gemaakt van diverse hulpmaterialen en methoden die voor het montessorionderwijs zijn aangepast. Ook werken leerlingen met iPads, maken zij gebruik van educatieve programma's en leren zij welke mogelijkheden digitale informatiemedia bieden. Andere activiteiten die met de hele groep plaatsvinden zijn bijvoorbeeld bewegingsonderwijs, handvaardigheid en muziek.
Taal en lezen
Net als in de middenbouw werken we in de bovenbouw met de 'Taal Doen'-kast die speciaal is ontwikkeld voor het montessorionderwijs. De kinderen kiezen aan de hand van hun doelenlijst individueel of in tweetallen de werkjes waarmee ze deze doelen, op het gebied van lezen, stellen, ontleden en taalbegrip, kunnen verwezenlijken. Daarnaast wordt er in niveaugroepjes instructie gegeven voor technisch lezen en wordt er iedere dag (stil) gelezen.
Voor spelling gebruiken we daarnaast de methode 'Spelling op Maat' . Onze bibliotheek voorziet in ruime mate in de leesbehoefte van onze leerlingen.
Engels wordt aangeboden via de Engelse taalset, waarbij de nadruk ligt op begrip en mondelinge beheersing van het Engels (luister- en spreekvaardigheid). Ook maken wij geregeld gebruik van de leesbevorderende projecten van onze stadsbibliotheek, de 'Bblthk'.
Rekenen
Rekenstof wordt op veel verschillende manieren en niveaus aangeboden: materiaal wordt gebruikt om eerst op concreet niveau te oefenen, langzamerhand wordt de stap naar een abstract niveau gemaakt. Er wordt gewerkt vanuit individuele doelen, die bereikt kunnen worden met behulp van de materialen uit de 'Ik wil rekenen'-kast. Deze is voor het montessorionderwijs ontwikkeld en omvat alle vastgestelde rekendoelen voor de bovenbouw. Ook zeer begaafde leerlingen vinden hierin uitdagend materiaal.
Presentaties
Ook in de bovenbouw houden de leerlingen voordrachten over een boek of een zelfgekozen onderwerp. Zij leren de presentaties van zichzelf en anderen kritisch te beluisteren en bekijken. Opbouwende kritiek, vragen en opmerkingen, leiden vaak tot levendige discussies. Daarin worden andere vormen van taalgebruik aangeleerd: argumenten gebruiken en weerleggen, opkomen voor zichzelf en anderen. Dit helpt hen sociale vaardigheden te ontwikkelen.
Kosmisch onderwijs
In de bovenbouw wordt de blik op de wereld verder verbreed en verdiept aan de hand van de thema's van Da Vinci, waarin andere beschavingen vanuit het verleden behandeld worden ("Ik en de wereld"). Daarbij wordt altijd een link gelegd de vaderlandse geschiedenis en met het hier en het nu. Ook topografie is in de bovenbouw een onderdeel van Da Vinci. Voor meer informatie over de methode Da Vinci verwijzen we naar de schoolgids.
Schoolkampen in het kader van kosmisch onderwijs
Uiteraard hebben de schoolkampen ook een groepsvormende en sociale functie. Dat komt vooral goed uit de verf, omdat we in het begin van het schooljaar op kamp gaan (in de periode tussen eind september en half oktober. Deze kampen worden uitgebreid voorbereid in de klas en hebben elk een ander kosmisch thema:
Het Zeelandkamp is een wandelkamp, waarbij de klassen in vier dagen de ' kop' van Schouwen-Duiveland rondlopen van de ene locatie naar de volgende. Nederland als zee-natie, de watersnoodramp en de natuur van de kust zijn hier thema's. Het Veluwekamp in de buurt van Otterlo, waarbij kunst en natuur de thema's zijn en er onder andere bezoeken worden gebracht aan het Kröller-Müller museum en het Museonder. Het Hapskamp (bij Stichting Prehistorisch Kamp Apeldoorn) staat in het teken van de prehistorie. Hierin verbeelden de kinderen en begeleiders drie dagen lang families uit de IJzertijd. Ze bakken zelf brood, koken, zorgen voor de vuren en de huisdieren
Kunstzinnige vorming
Uiteraard wordt er in de klas geregeld aandacht besteed aan kunstzinnige vorming. Er wordt ook gebruik gemaakt van extern aangeboden projecten op die gebieden. In de laatste maanden van hun basisschoolperiode bedenken de leerlingen van groep 8 samen met de bovenbouwleerkrachten hun afscheidsvoorstelling. Dit theaterstuk is een gezamenlijk project waarbij ieder kind zijn of haar eigen inbreng kan hebben. Er wordt geen kant- en-klare musical uit het hoofd geleerd met hoofd- en bijrollen; met behulp van toneel, dans, film, spokenword, zang, enz. wordt een voorstelling ontwikkeld waarin ze allemaal op hun eigen manier kunnen schitteren.